- Afasie - Stoornis in het spreken en in het begrijpen van wat door anderen gezegd wordt door het onvermogen taal te hanteren, veroorzaakt door hersenletsel.
- Apraxie - Onvermogen tot doelmatig handelen dat niet wordt veroorzaakt door krachtsverlies of ataxie, of door stoornissen in perceptie, aandacht of taalbegrip.
- Ataxie - Ongecoördineerde bewegingen zich uitend in hyper- en hypometrie,
- Blefarospasme - Intermitterend geforceerd sluiten van het oog.
- Coprolalie - Complexe fonische tics met het uiten van obsceniteiten, bij Gilles de la Tourette,
- Dysfasie - Stoornis in het vermogen om woorden en zinnen te vormen.
- Dystonie - Ongelijkmatig verdeelde verhoogde spiertonus, waardoor een abnormale beweging of stand ontstaat.
- Hypermetrie - Doorschieten van een gerichte beweging.
- Hypometrie - Te vroeg ophouden van een gerichte beweging.
- INO - Internucleaire ophtalmoplegie (zie Wikipedia)
- Myasthenie - Abnormale vermoeibaarheid en zwakte van spieren door een stoornis van de neuromusculaire transmissie.
- Neurolepticum - Antipsychoticum (verouderde term voor m.n. chloorpromazine en reserpine)